
Duurzame transities versnellen? Kans voor de financiële sector om een belangrijke rol te spelen
Het is alweer tien jaar geleden dat bijna 200 landen het Klimaatakkoord van Parijs ondertekenden. Destijds was meteen duidelijk dat alleen publiek geld niet voldoende zou zijn om de klimaatdoelstellingen te realiseren. Dus werd er in het akkoord nadrukkelijk een beroep gedaan op private investeerders. Hoewel er op dat vlak de afgelopen tien jaar veel is gebeurd, ondervinden investeerders nog steeds belangrijke belemmeringen bij het investeren in duurzame transities. Hoe dat komt?
Samen met Nyenrode Business Universiteit bracht TNO in beeld (pdf) welke drempels private investeerders tegenkomen en werd er een inventarisatie gedaan van mogelijke kansen en oplossingen om meer private geldbronnen te mobiliseren voor investeringen die de transitie naar klimaatneutraliteit versnellen.
“Binnen de financiële gemeenschap is er zeker aandacht voor projecten die bijdrage aan de energie- en materiaaltransitie. Het probleem is meer dat het nog steeds om relatief prille markten gaat. Voor private investeerders is er daardoor wat meer onzekerheid over het te behalen rendement dan wanneer ze hun geld in traditionele sectoren investeren”, legt Matthew Halstead meteen de vinger op de zere plek. Bij TNO is hij financieringsexpert, en dan met name op het vlak van de energie- en materialentransitie.
Private partijen investeerden fors in zon en wind, maar blijven voorzichtig met nichetechnologieën in een vroege innovatiefase. Juist die ontwikkelingen heeft de EU hard nodig om de transitie te versnellen.
Behoedzaam tijdens de vroege innovatiefase
“Maar begrijp me niet verkeerd: de afgelopen tien jaar was er absoluut een verandering zichtbaar”, vervolgt Halstead. “Zo hebben private partijen enorme bedragen geïnvesteerd in zonnepaneelprojecten en grote windmolenparken. Alleen zijn ze nog steeds zeer behoedzaam als het om de meer niche technologieën gaat, die nog in een vroege innovatiefase zitten. En juist die ontwikkelingen hebben we in de EU nodig om de transitie te versnellen.”
Privaat investeringsgeld is onmisbaar
Ondertussen begint de tijd te dringen. Als tussendoel heeft de EU in het klimaatakkoord namelijk aangegeven dat er in 2030 een emissiereductie van minstens 55 procent (ten opzichte van 1990) moet zijn gerealiseerd. Daarbij helpt het niet dat geopolitieke ontwikkelingen er wereldwijd voor zorgen dat klimaatinspanningen onder druk komen te staan. En door onduidelijkheid over het te voeren klimaatbeleid, zie je dat veel investeerders een ietwat afwachtende houding aannemen. Dat is problematisch, want de transitiefinanciering van de EU bestaat voor het overgrote deel uit privaat geld. En dat gaat om aanzienlijke bedragen. Zo is er jaarlijks zo’n 400 miljard euro nodig om in 2030 inderdaad in de buurt te komen van de geambieerde emissiereductie van 55 procent.
Wat maakt het zo lastig?
De grote vraag: hoe kan de financiële sector duurzame sectorale transities beter ondersteunen én opschalen? Om daar meer duidelijkheid over te krijgen, hebben experts van Nyenrode en TNO op basis van analyses in een interactieve workshop met investeringsspecialisten de knelpunten en oplossingsrichtingen getoetst.
Na een analyse van de resultaten kwamen er op het vlak van transitiefinanciering enkele kritische barrières naar voren:
- De opbrengsten staan voor het gevoel van investeerders niet altijd in verhouding tot de risico’s
- Risico’s op het gebied van beleid en regelgeving
- Culturele factoren binnen de financiële sector (een neiging tot risico-aversie bijvoorbeeld)
- Governance-beperkingen (zoals juridische en administratieve eisen waar investeerders aan moeten voldoen)
Investeren aantrekkelijker maken
“Om die drempels te verlagen, zullen we wat meer buiten de gebaande paden moeten denken”, benadrukt Halstead. “Dat zou bijvoorbeeld kunnen door meer in te zetten op blended finance”, vult Martijn de Wit aan, die als financiering-specialist bij TNO Vector werkt. “Dat is een term die tegenwoordig veel wordt gebruikt, maar het is echt meer dan een buzz word. Als een risicovol innovatieproject onderdeel is van een investeringspakket waarin ook relatief veilige projecten zijn opgenomen, ontstaat er een betere balans tussen de risico’s en de te verwachten rendementen.”
De leercurve versnellen
Het doel van het gezamenlijke onderzoek? De leercurve van de financiële sector versnellen en partijen ondersteunen bij hun bijdrage aan transities. Diane Zandee, assistant professor bij Nyenrode: “We willen laten zien dat de financiële sector niet alleen een rol speelt in het afdekken van risico’s, maar juist ook in het mogelijk maken en versnellen van duurzame verandering.”

“Daarbij pleiten we voor een sectorspecifieke aanpak, want elke sector heeft weer zijn eigen problemen.”
Sectorspecifieke aanpak
“Het huidige financiële ecosysteem is niet iets wat je zomaar kunt veranderen”, zegt De Wit. “Maar stap voor stap kunnen we er samen wel voor zorgen dat de drempels voor transitiefinanciering lager worden. Daarbij pleiten we voor een sectorspecifieke aanpak, want elke sector heeft weer zijn eigen problemen. Dat bleek ook duidelijk toen we afgelopen maart samen met Nyenrode een workshop gaven over transitiefinanciering.”
Dit onderwerp vraagt om verdere verdieping
“Het rapport dat we naar aanleiding van onze gezamenlijke inventarisatie hebben opgesteld, is dus echt nog maar het begin”, vervolgt hij. “Dit onderwerp vraagt om verdere verdieping, waarbij het belangrijk is om daarbij weer volop gebruik te maken van de kennis en ervaringen van financieel specialisten. Daar staan we nu samen voor aan de lat. Investeerders weten vanuit de praktijk wat er allemaal bij transitiefinanciering komt kijken en in hoeverre dat afwijkt van de meer traditionele manier van investeren, wij willen met dit rapport en in verdere dialoog de schijnwerpers zetten op de kansen die juist hier liggen voor een duurzame en economische toekomst.”
Neem contact met ons op
Laat je verder inspireren
Nieuw handboek leernetwerken: sleutel voor complexe vraagstukken in het sociaal domein


Transformeren, implementeren en professionaliseren

